3 vragen over de vernieuwde VLIF-vestigingssteun
- Philip Colson
-
SBB Accountants & Adviseurs
Als beginnende (glas)tuinbouwer kan je bij het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds (VLIF) steun aanvragen om je bedrijf te starten. Een broodnodig duwtje in de rug voor de meesten. Vorig jaar werd dat systeem grondig hervormd. Jeroen Kellers, productmanager landbouw bij SBB, geeft toelichting bij enkele veel gestelde vragen. “Vroeger gold de steun enkel voor overnames, nu ook voor nieuwe vestigingen. Zelfs als je echtgeno(o)t(e) in het bedrijf stapt, kun je nu in een aantal gevallen steun vragen.”
----------------------------------
Deze inhoud is enkel voor abonnees.
Je kan dit artikel lezen door hier in te loggen.
Heb je nog geen account en wil je je graag abonneren op Fruit? Ontdek hier de mogelijkheden.
Van VLIF-overnamesteun naar VLIF-vestigingssteun
“Bij nieuwe landbouwwetgeving rijzen er altijd vragen over de interpretatie ervan”, begint Jeroen. Ik heb dagelijks contact met instanties als het VLIF om verduidelijking te vragen bij concrete cases.”
Een van die cases is de VLIF-overnamesteun. In 2023 vervelde die naar VLIF-vestigingssteun. “Veel veranderde. Er is nu ook steun voor wie een nieuw bedrijf start, vandaar de nieuwe naam. De inkomensvoorwaarde werd versoepeld, je mag nu ook maximaal halftijds ergens anders werken. Als je partner instapt, kan hij of zij ook steun aanvragen. Verder zijn de steunbedragen opgetrokken, is de minimumgrens voor verdiencapaciteit verlaagd en werd de bovengrens zelfs geschrapt.”
De meestgestelde vragen over de vestigingssteun
Hoe werkt de vestigingssteun voor mijn partner of echtgeno(o)t(e)?
JEROEN: “Op papier ziet het er eenvoudig uit: je partner komt in het bedrijf en kan de vestigingssteun aanvragen. Hij of zij neemt dan een deel van het bedrijf over van jou. In de praktijk roept dat veel problemen op. Als je het bedrijf verwierf na je huwelijk en je valt onder het wettelijk stelsel, dan lukt het niet. Het bedrijf is dan al van de gemeenschap. Het gaat ook niet meer om een nieuw bedrijf, want het bestond al.
Heb je het bedrijf overgenomen vóór het huwelijk, dan behoort het tot je eigen vermogen. Je partner mag een deel overnemen en daarvoor steun aanvragen, maar enkel met zijn of haar eigen vermogen. Een gemeenschappelijke rekening is uitgesloten, want je kan niet meebetalen om iets over te nemen wat al van jou is. Ook in dat laatste geval moet je goed bekijken wat gemeenschappelijk is en wat niet. Investeerde je na het huwelijk, bv. in een nieuwe tractor? Dan valt die wellicht binnen de gemeenschap, want verdiensten zijn gemeenschappelijk. Die knoop ontwarren, is werk voor een vermogensplanner.”
Hoe regel ik de timing van mijn aanvraag?
JEROEN: “De aanvraag verloopt in drie fasen: steunaanvraag, eerste en tweede betalingsaanvraag. Voor elk van die momenten heb je een bepaald tijdskader, want er kan twee jaar tussen je opstart en je laatste aanvraag zitten, maar ook zes jaar. Of je beter voor een kort of lang scenario kiest, hangt onder andere af van het vooropgestelde bedrijfsplan. Wat je ook kiest, hou de deadlines in de gaten, want als je ze mist, ben je de steun kwijt.”
Moet ik VLIF-investeringssteun terugbetalen als de steun aan de overlatende partij niet definitief verworven was?
JEROEN: “De VLIF-investeringssteun is een andere vorm van steun. Als de overlater die steun heeft aangevraagd voor een investering die op het bedrijf aanwezig blijft, dan blijft die behouden. Vroege moest je een deel terugbetalen als de steun nog niet definitief verworven was, maar ook dat is veranderd.”
Voor welke investeringen kan ik VLIF-vestigingssteun aanvragen?
In (glas)tuinbouw- en fruitbedrijven was de VLIF-investeringssteun vroeger sterk gefocust op uitbreiding. Die focus is verschoven naar (energiebesparende) steunmaatregelen. Net als voor de VLIF-vestigingssteun is het brutobedrijfsresultaat sinds 2023 niet langer bepalend voor de VLIF-investeringssteun. Dat opent nieuwe mogelijkheden: voortaan kun je alle investeringen aanvragen zonder limieten in de bedrijfsomvang.
De steun loopt op tot 50% van het investeringsbedrag. De volledige lijst vind je via www.lv.vlaanderen.be/subsidies/vlif-steun/vlif-investeringssteun-voor-land-en-tuinbouwers. Onderstaande categorieën zien wij alvast heel vaak terugkeren bij fruittelers:
- lintenmaaier (50% steun)
- fytobak (50% steun)
- vul- en spoelplaats (50% steun)
- vaste mestverspreider/compostverspreider (40% steun)
- hagelnetten (30% steun)
- ledverlichting (30% steun)