Deze inhoud is enkel voor abonnees. Je kan dit artikel lezen door hier in te loggen.
Heb je nog geen account en wil je je graag abonneren op Fruit? Ontdek hier de mogelijkheden.
Hoe verliep Interpera in Obidos (Portugal)?
- Jef Vercammen
-
pcfruit vzw
Op 26 en 27 juni 2024 organiseerde ANO (National Association of Pera Rocha Producers) i.s.m. AREFLH (Assembly of European Horticultural Regions) de 15e editie van Interpera in Obidos (Portugal). Ongeveer 200 personen waren aanwezig (Foto 1). Het congres brengt producenten en internationale belanghebbenden uit de sector samen om technische en economische thema’s van de perenteelt te bespreken. De eerste dag konden bezoekers een aantal technische bezoeken afleggen. De tweede dag werd ingevuld met presentaties. In dit deel staan we stil bij een aantal van die presentaties. In Fruit 16 gaan we dieper in op de technische bezoeken.
----------------------------------
Â
Deze inhoud is enkel voor abonnees.
Je kan dit artikel lezen door hier in te loggen.
Â
Heb je nog geen account en wil je je graag abonneren op Fruit? Ontdek hier de mogelijkheden.
Â
Prognose van peren in Europa
Tijdens de opening van Interpera kwamen J.L Motton, vicevoorzitter van AREFHL, Filipe Ribeiro, voorzitter van ANP, en Felipe Daniel, de burgemeester van Obidos, aan het woord. Die laatste is zelf ook perenteler en hij noemde Rocha het goud van Portugal.
Onder leiding van Manel Simon van Afrucat blikten vertegenwoordigers van de belangrijkste Europese productielanden vooruit op de productie van 2024 (Foto 2). De conclusie? Het ziet ernaar uit dat de perenoogst 2024 opnieuw onder het Europese potentieel zal liggen. België, Nederland en Spanje verwachten een lagere productie. Italië, Frankrijk een Portugal verwachten een hogere productie dan in 2023, maar in geen van de 3 producerende landen wordt een volle oogst verwacht. Voor een compleet beeld van de oogstprognose voor peer, wacht je nog even op Fruit 16, met de samenvatting van PrognosFruit 2024.
Consumptie-, export- en productietrends in Europa
Als uitdagingen voor de perenteelt noemt Ursela Schockemöhle (AMI – Duitsland) de fluctuerende opbrengsten als gevolg van vorst, regenval en hagel, de stijgende kosten, de dalende consumptie en de dalende export. In alle landen is er een dalende trend in de consumptie (Tabel 1).
Consumptietrends
De totale consumptie van peren in de belangrijkste EU-landen (België, Nederland, Frankrijk, Duitsland, Italië en Spanje) is gedaald van 763.000 ton in 2017 tot 559.000 ton in 2023 (-20%). In Duitsland heeft Conference de Abate Fetel van de eerste plaats verdrongen. De gezamenlijke promotiecampagne van België en Nederland was daarin erg voornaam, maar ook de langere producties van Abate Fetel in Italië hebben een grote rol gespeeld. In 2016 stonden er in Italië nog 32.290 ha peren. In 2023 was dat nog 24.760 ha en in 2024 nog slechts 21.100 ha.
Exporttrends
In 2023 had Polen een perenproductie van 100.000 ton. Tegen 2028 kan dat volgens Ursela Schockemöhle gestegen zijn tot 150.000 ton. Gaat die stijging druk geven op de export naar het Oosten? De export van peren van België en Nederland in het seizoen 2023-2024 bedroeg 487.600 ton tegenover 489.800 ton in 2022-2023. Het aandeel dat buiten de EU werd geëxporteerd daalde van 86.600 ton in 2022- 2023 tot 76.500 ton. Het aandeel dat binnen de EU27 werd geëxporteerd, steeg van 403.200 ton tot 411.100 ton. De export naar Italië lag 25.300 ton hoger dan het jaar voordien. De export buiten de EU-landen bedroeg in 2023/2024 256.500 ton tegenover 309.000 ton in 2022/2023 (-19% voor de UK en -33% voor Wit-Rusland).
Consumptietrends en de beste manier om te communiceren
De missie van AGR Marketing (Spanje) is om de toegevoegde waarde en de verkoop van Europese voedingsmiddelen te verhogen door de onderscheidende waarde ervan te benadrukken. Dat doen ze al 40 jaar in 30 landen, maar volgens Maria José Millan waren er in de EU in 2022 slechts 6 landen waar de aanbevolen consumptie van 400 gram fruit en groenten gehaald werd. De positieve trend die er was tijdens Covid-19 is volledig weg.
In Spanje is er een dalende trend van de consumptie van peren van 6,23 kg/capita in 2014 naar 3,8 kg/capita in 2023 (-39%). Peer wordt in tegenstelling tot appel aanzien als een vervangbaar product als bv. de prijs hoog is. Toch daalde in dezelfde periode ook de consumptie van appel met 25%. De consumptie van bananen daarentegen steeg met 16%. Kijken we naar de prijs dan is die voor peer de laatste 10 jaar met 56% gestegen, die van appel steeg 41% en die van bananen steeg 20%. Dat maakt dat de uitgaven voor peer met 4% gedaald zijn en die van appel en bananen met respectievelijk 6 en 39% gestegen zijn.
De Europese regelgeving voor wat betreft kwaliteit, voedselveiligheid en milieunormen brengen extra kosten met zich mee voor de Europese producenten, waardoor hun concurrentiepositie op de wereldmarkt wordt beïnvloed. Toch kunnen die hoge eisen ons een voordeel geven in markten die er waarde aan hechten. Het uitbreiden en diversifiëren van exportmarkten en actief promoten van Europese peren voor hun unieke en superieure kwaliteitskenmerken, zijn belangrijke strategieën om de uitdagingen het hoofd te bieden.
Eén fruitje goed voor een volledige fruitmand
Bij bananen denkt de consument aan kalium en sport, bij appels aan gezond en dieet en bij sinaasappels aan vitamine C. Maar wat bij peer? We moeten een manier/argument vinden om peren te promoten. Peren hebben een nutritionele waarde, ze bevatten vezels, vitamine C en mineralen. Net zoals appels bevatten peren heel wat antioxidanten en flavonoïden. Wereldwijd worden peren ook veel gebruikt in gerechten.
Om de consumptie van peren op de interne markt te verhogen, moet men samenwerken om de cake te vergroten in plaats van te vechten voor een klein stukje van de cake. Voor de externe markt streeft men best naar een gemeenschappelijke brand ‘Pears from Europe’ met de nadruk op voedselveiligheid, duurzaamheid, kwaliteit… Maak gebruik van subsidiemogelijkheden die er zijn in Europese programma’s en doe het nu!
Waar staan de EU en de landbouw?
In zijn toespraak gaf Philippe Binard (Freshfel – België) aan dat we de laatste 10 jaar veel crisissen gehad hebben. Denk o.a. aan het embargo van Rusland in 2014, de lancering van de Green Deal in 2019, Covid-19 in 2020, de invasie van Rusland in Oekraïne, de energiecrisis …
In tegenstelling tot o.a. de oorlogen in Oekraïne en Gaza is de klimaatverandering iets dat niet zal weggaan. Fruit en groenten kunnen bijdragen aan de Green Deal, de ‘Farm to Fork’-strategie en de strijd tegen kanker. Elke bijkomende portie groenten en fruit geconsumeerd door de EU-bevolking betekent 13 miljoen ton extra verbruik. In plaats van 400 gram groenten en fruit per dag is 800 gram nodig, 400 gram voor de gezondheid en 400 gram voor de omgeving.
Voor 2025 heeft de EU geen geld voorzien voor de multi-programma’s voor de promotie van o.a. fruit en groenten, terwijl er in 2024 nog een totaal van 84,4 miljoen euro voorzien was: 40,2 miljoen was voor programma’s voor de interne markt, 39,2 miljoen euro voor programma’s in derde landen en 5 miljoen euro voor bijkomende voorstellen.
Bodemgezondheid en het belang van het microbieel leven in de bodem
Isabel Brito (Universiteit van Evora – Portugal) besprak de rol van het microbieel bodemleven. Het microbieel bodemleven is belangrijk voor de afbraak van het organisch materiaal, de aggregatie van bodemdeeltjes, de stabiliteit van de bodem, het maken van verbindingen, de afbraak van (lichaams-) vreemde stoffen, de fixatie van stikstof, interacties tussen verschillende levensvormen, C-vastlegging… Het microbieel bodemleven vertegenwoordigt meer dan 25% van de biodiversiteit op de aarde, ze werken 24 uren per dag, 7 dagen per week, 365 dagen per jaar, het gewicht van bacteriën op 1 ha komt overeen met het gewicht van 2 koeien, 1 theelepel aarde bevat 109 bacteriën. In een monocultuur is er minder bodemleven en zijn er ook minder soorten. De bodem is daardoor minder weerbaar.
In 1970 waren er 4 miljard mensen op aarde en was er 0,38 ha per persoon beschikbaar voor voedselproductie. Door de toename van de bevolking tot 6 miljard daalde dat in 2000 tot 0,23 ha. In 2050 zal de wereldbevolking stijgen tot 9 miljard en zal er nog 0,15 ha per persoon zijn voor de productie van voedsel. Bodemgezondheid en het microbieel leven in de bodem zullen alleen maar belangrijker worden
om voldoende voedsel te kunnen/blijven produceren.
Arbusculaire Mycorrhiza-schimmels zorgen voor een betere opname van nutriënten en beschermen de plant tegen abiotische en biotische stress. Het is beter om de van nature aanwezige Mycorrhiza-schimmels te gebruiken. Commerciële preparaten kunnen hun waarde hebben, maar de resultaten zijn onzeker en houden ook risico’s in.
Minimale bodembewerking en inzaaien van vanggewassen in de rij kunnen het microbieel bodemleven bevorderen. Bij een proef bij tomaat (project BIOPRO TOMATE) zorgde dat voor 15% minder aantasting door Fusarium, 80% meer kolonisatie door Mycorrhiza-schimmels, 30% hogere productie, 25% minder waterverbruik, 2 ton/ha meer C-fixatie en een verhoogde bodemactiviteit. Ook bij meerjarige teelten kan dat een oplossing zijn. Toch zijn er nog heel was vragen waarop de toekomst antwoorden moet brengen.
Nieuwe strategieën voor de controle van bacterievuur
O.a. fosethyl-Al (Aliette), Laminarine, Prohexadion-Ca hebben een indirecte werking op bacterievuur. Koperpreparaten hebben volgens Hugo Oliveira (Universiteit van Minho – Portugal) wel een directe werking op bacterievuur. Het alternatief zijn bacteriofagen, die ook een directe werking hebben op bacterievuur.
Bacteriofagen zijn veilig, natuurlijk en biologisch. Ze zijn zeer actief en specifiek. Resistenties kunnen verholpen worden en ze versterken zichzelf. De isolatie en vermeerdering is relatief eenvoudig en goedkoop. De verschillende bacteriofagen zijn complementair, zodat een cocktail van verschillende bacteriofagen kan gemaakt worden. Ze zijn zeer stabiel en vermenigvuldigen zich in de gastheer. Daarenboven verliezen ze hun stabiliteit/activiteit niet als fungiciden of groeiregulatoren gespoten worden.
Het doel is om nog meer bacteriofagen te isoleren en ze te formuleren met uitvloeiers en UV-beschermers, zodat ze kunnen getest worden in veldcondities.
