Deze inhoud is enkel voor abonnees. Je kan dit artikel lezen door hier in te loggen. Heb je nog geen account en wil je je graag abonneren op Fruit? Ontdek hier de mogelijkheden.

Kwaliteitsvolle peren in warmer klimaat, lukt dat?

De perenbomen die we nu planten, zullen in 2040 nog steeds in productie zijn. Alle klimaatmodellen geven aan dat het klimaat dan heel anders zal zijn. Zullen de huidige bomen en rassen in die gewijzigde omstandigheden nog voldoende productie en goede kwaliteit geven, zodat fruit telen nog rendabel is?

----------------------------------

 

Deze inhoud is enkel voor abonnees.

Je kan dit artikel lezen door hier in te loggen.

 

Heb je nog geen account en wil je je graag abonneren op Fruit? Ontdek hier de mogelijkheden.

 

De meest pessimistische klimaatmodellen geven aan dat in 2040 de gemiddelde jaartemperatuur 2 à 3° hoger zal zijn dan nu. Ongetwijfeld heeft dat effect op de groei van de perenbomen en de kwaliteit van hun vruchten. In het QPear-project kijken we naar de invloed van het veranderend klimaat op peer. Conference staat daarbij centraal, maar ook andere perenrassen passeren de revue.

Uitdagingen voor de fruitteelt bij klimaatverandering

Niet enkel de temperatuur zal wijzigen. Ook de neerslag, de windsnelheid en vooral de intensiteit van die fenomenen op bepaalde momenten gaat toenemen. We gaan meer met hitte, overvloedige regen/droogte en storm te maken krijgen. Daar moeten toekomstige bomen en vruchten tegen bestand zijn. In het QPear-project brengen we de risico’s in kaart en trachten we oplossingen te bieden. Dat kan door de teeltmaatregelen, oogst- of bewaaromstandigheden aan te passen. In een extreem geval kan ook het advies gevolgd worden om een bepaald ras beter niet te planten, omdat het niet meer rendabel is onder die nieuwe klimaatomstandigheden door bv. te veel bewaarproblemen, zonnebrand, groeiachterstand door droogtestress …

Bomen in klimaatkoepels helpen om in de toekomst te kijken

Om te weten hoe een perenboom reageert op een jaar lang groeien in een omgeving die gemiddeld 2°C warmer dan normaal is, hebben we onlangs een aantal volwassen Conference-bomen geplant in klimaatkoepels (Foto 1). Die klimaatkoepels, Ecotrons, zijn eigendom van UHasselt, partner in het QPear-project. In drie koepels heerst het klimaat van nu en in drie andere heerst het klimaat, dat in 2040 voorspeld wordt volgens de meest pessimistische klimaatmodellen. In die laatste zal er dus vaker een droogteperiode zijn in de zomer en een hittegolf optreden. De CO²-concentratie is er wat hoger, de wind waait er anders. Kortom, alles wat zal veranderen, is aangepast in deze koepels.

 

Onderzoekers van pcfruit volgen de groei van die bomen nauwkeurig op. VCBT test de kwaliteit, rijpheid en bewaarbaarheid van de vruchten. Zo hopen we in de toekomst te kijken.

 

Minder scrubben op toekomstige peren?

Bij de proefopzet van de eerste bewaarproeven keken we vooral naar wat mogelijk is met vruchten, die onder warmere omstandigheden geteeld zijn. 2022 was daarvoor een ideale zomer! Uit ervaringen van onze zuiderburen weten we dat problemen met hol en bruin veel minder spelen in een warmer en zonnig klimaat. Dat biedt misschien mogelijkheden om wat losser om te gaan met CO² in de bewaring van Conference. Nu houden we CO² op een heel laag niveau omwille van het risico op inwendige schade, maar veel scrubben kost energie. Daarom testte VCBT dit najaar allerlei regimes voor Conference waarbij we nagaan of ook een hogere CO²-concentratie mogelijk is in warme jaren (Tabel 1). Op dit moment worden de vruchten beoordeeld op kwaliteit na bewaring, want goede kwaliteit blijft de eerste eis. Wanneer de kwaliteit meevalt, kan dat leiden tot aanpassing van het advies van CO² in warme groeiseizoenen en dat scheelt euro’s.

 

Eerste bewaarproeven leveren meteen concrete resultaten op

Vooraleer we Conference op lage zuurstof brengen, hanteren we bij de oogst een wachttijd van drie weken. Daarna brengen we de peren op hun optimale zuurstofconcentratie (rond 3%). Dat kan je snel of traag doen. Sommige telers laten de vruchten zelf langzaam de zuurstof opgebruiken. Dat duurt dan vaak een drietal weken. Anderen verlagen de zuurstofconcentratie in enkele dagen. In 2021-2022 gingen we na wat de invloed is van de tijd die je neemt voor die zuurstofverlaging (Tabel 2).

 

 

Een afbrandtijd van 7 dagen werd vergeleken met 18 en 36 dagen en dat voor drie verschillende herkomsten. Telkens viel op dat trager naar lage zuurstof brengen, je een beetje hardheid en kleur kost en eerder bruin geeft in de bewaring (Figuur 1, 2 en 3). Een traag afbrandscenario van 18 of 36 dagen komt min of meer overeen met de verlaging van zuurstof via natuurlijke ademhaling. Dat levert iets minder harde en minder groene peren op, dan wanneer de zuurstof in 1 dag naar 10% wordt gebracht en nadien in 7 dagen naar 3% zakt. Dat laatste is het scenario dat VCBT standaard adviseert en dat wijzigen we voorlopig niet.

 

 

Zijn er aanpassingen in de teelt mogelijk?

Binnen dit project kijken we ook naar de invloed van een wijzigend klimaat op de teelt in het veld en eventuele aanpassingen die we in de teelt kunnen doen. Irrigatie is hier de meest voor de hand liggende maatregel, maar dat zorgt voor een heel oppervlakkig wortelgestel. In een nieuwe aanplant bekijken we ondergrondse druppelslang en de ontwikkeling van het wortelgestel hierop. Kunnen we zo wortels dwingen diep te wortelen?

 

  • Bovengronds proberen we vooral de instraling op de vruchten te verkleinen. Daarvoor liggen er op pcfruit testen met hagelnetten. Afgelopen seizoen zorgden Wailex-netten (Foto 2) bij Conference voor een daling van de vruchttemperatuur met minstens 2 °C. Dat verschil volstaat om zonnebrandschade te verkleinen.
Foto 2 – Principe van wailex-hagelnet voor vermindering van instraling bij appel

 

  • Verder worden verschillende snoeisystemen getest. Kan een parasolsysteem in de kop, lange takken die het gestel meer beschaduwen, een oplossing bieden (Foto 3)? In Frankrijk wordt dat al toegepast. Maar krijgen we dan wel voldoende licht in de boom naar bloemknop, zetting… Een ander object is het behoud van veel meerjarig hout,, verspreid over de ganse boom om meer schaduw te creëren. Dat druist helemaal in tegen de huidige snoei die vooral gericht is op een open boom met veel licht en opgaand hout. Een snoei die zich de laatste jaren meer is gaan toespitsen op de teelt van dikkere peren. Door die systemen een 4-tal jaar op te volgen, moeten we zicht krijgen op zowel productie, vruchtmaat als vruchtkwaliteit.

 

Foto 3 – Aangepaste snoei met parasolsysteem.

Deel dit bericht

Meest recente artikels

Â