Deze inhoud is enkel voor abonnees. Je kan dit artikel lezen door hier in te loggen. Heb je nog geen account en wil je je graag abonneren op Fruit? Ontdek hier de mogelijkheden.

Meer voordelen met een sterkere coördinatie

Het is geen verrassing dat de hardfruitsector al enige tijd in zwaar weer zit. Sinds de jaren ’90 bouwen telers hun appelareaal af ten gunste van Conference peren. Die toespitsing op Conference peren brengt wel wat risico’s met zich mee, want het maakt telers kwetsbaar voor wisselvallige prijzen op de internationale markten en in tijden van politieke instabiliteit. Daarbovenop zien we een ontoereikende coördinatie tussen bedrijven die vaak hoge verborgen kosten met zich meebrengt.

----------------------------------

 

Deze inhoud is enkel voor abonnees.

Je kan dit artikel lezen door hier in te loggen.

 

Heb je nog geen account en wil je je graag abonneren op Fruit? Ontdek hier de mogelijkheden.

 

Eewoud Lievens stuitte tijdens zijn doctoraatsstudie naar de sterktes en zwaktes binnen de organisatie van de hardfruitsector op mogelijkheden om die coördinatie binnen de sector te verbeteren, maar die vereisen doorgaans een gedeeltelijke opgave van autonomie door telers. Het is een dilemma waar niemand eenduidig advies in kan geven, maar toch het overwegen waard. Het kan immers bijdragen tot een hoger én meer stabiel inkomen voor fruittelers.

Telers moeten een stuk controle over hun product afgeven en zich verlaten op de coöperatie voor een goede afloop.

Marktrisico's beperken

Door als sector gezamenlijk op te treden en problemen het hoofd te bieden, kunnen we de marktrisico’s beheersen, de onderhandelingspositie van telers versterken en creëert de teler zelf een meerwaarde voor zijn product. De samenwerking tussen telers, coöperaties en handelaars kan dus de volledige keten versterken.

 

Maar het lijkt wel of telers weinig interesse hebben in de bestaande oplossingen voor die marktrisico’s. Slechts een kleine minderheid maakt gebruik van de stamverkoop, hoewel die prijzen door de jaren heen een stuk stabieler gebleven zijn dan prijzen later in het verkoopseizoen.

 

Ook de pools die coöperaties organiseren, liggen niet goed in de markt. Nochtans bieden die pools ook bescherming tegen onverwachte prijsveranderingen. Bij poolverkoop kiest de coöperatie wanneer fruit verkocht wordt in plaats van de teler zelf. Mogelijk is dat een verklaring waarom de interesse beperkt is: telers moeten een stuk controle over hun product afgeven en zich verlaten op de coöperatie voor een goede afloop.

 

Het indekken van Conference prijzen via Fruit Trading Company nam in 2019 een vliegende start. Het principe ervan is dat telers en handelaars samen een prijs vastleggen voor een toekomstige periode waar ze beiden mee kunnen leven. In plaats van het fruit ook te verkopen aan die prijs, wordt het verschil tussen de reële prijs in de markt en de vastgelegde prijs achteraf verrekend en gecompenseerd via cash betaling. Fruit Trading Company onderhandelt die prijs namens haar leden.

 

Er schuilen verschillende voordelen in die manier van collectief onderhandelen van vaste prijscontracten, maar desondanks zagen we de laatste jaren toch een sterke daling in de ingedekte volumes peren. Een mogelijke verklaring is dat prijzen sterk variëren van jaar tot jaar in functie van de opbrengsten. Dat maakt het moeilijk om vóór de oogst vaste prijzen af te spreken zonder het risico te lopen een prijs vast te leggen die sterk onder de marktprijs ligt.

Onzekerheid en wantrouwen

De coöperaties, die in eerste plaats gecreëerd zijn om de onderhandelingspositie van telers te versterken, worden geconfronteerd met een grote onzekerheid over het aanbod van hun leden. Zij zijn verplicht het fruit van hun leden te verkopen, maar hebben geen zekerheid over het tijdstip wanneer leden hun oogst zullen brengen of over de sorteerkwaliteit van het geleverde fruit. Die onzekerheid creëert hoge transactiekosten.

 

Om efficiënter te werken, zouden coöperaties meer zekerheid over de aanvoer van fruit en de controle over het sorteringsproces willen, geven ze zelf aan. Die mogelijkheden reiken de coöperaties al aan, want als telers deelnemen aan de pools, weet de coöperatie al ruim op voorhand welke aanvoer van fruit op haar afkomt. Als de coöperatie dan ook zelf (centraal) de sortering in handen kan nemen, hebben ze meer zekerheid van een uniforme sorteerkwaliteit. Voorlopig is zo’n centrale sortering nog uitzonderlijk in de sector, buiten bij de clubrassen.

 

De redenen dat telers niet instappen in de huidige bestaande systemen zijn divers. Sommige telers dragen de kosten van fruit sorteren liever zelf, in plaats van coöperaties of derden daarvoor te betalen. De deelname aan de pools vraagt ook een grote mate van vertrouwen, want telers zijn dan niet meer vrij om zelf het precieze tijdstip van verkoop te bepalen. Het gevoel van te weinig inspraak hebben in het bestuur van de coöperatie weegt ook op het vertrouwen van de telers in het management. Dat gebrek aan vertrouwen kan een impact hebben op de bereidheid om deel te nemen aan pools of centrale sortering door de coöperaties.

Clubrassen planten, betekent een stukje verlies van autonomie, met kans op een hoger inkomen.

De meerwaarde van een clubras

Het idee achter clubrassen is dat de consument het signaal krijgt een stuk fruit van superieure kwaliteit te kopen. Als een clubras die verwachtingen inlost, kan het de consument verleiden om meer te betalen voor een
kilo appelen of peren. De systematisch hogere prijzen van clubrassen in de winkelschappen lijken die theorie te ondersteunen. Een clubras heeft dus zeker potentieel als meerwaardecreatie voor de teler.

 

Niemand is verbaasd dat er voor de productie en verdeling van die clubrassen al een sterkere coördinatie gebeurt tussen telers, coöperaties en handelaars. Die sterke mate van efficiënte samenwerking heeft drie voorname voordelen voor de productie van hoogkwalitatief fruit. Voor de clubrassen is een centrale sortering opgelegd, wat de uniforme sortering bevordert. Coöperaties en handelaars kunnen daarnaast de productie van het fruit nauwer opvolgen. Het belangrijkste voorbeeld daarvan is het vastleggen van een tijdsvenster waarin het fruit geoogst mag worden. Daarnaast hebben clubrassen ook een strengere opvolging van kwaliteitsstandaarden.

 

Het is dus zeker dat telers die clubrassen planten een stukje autonomie verliezen, maar dat brengt ook een potentieel om een hoger inkomen te halen met zich mee. Het is aan iedere teler voor zich om die afweging tussen autonomie en hogere inkomsten te maken.

Deel dit bericht

Meest recente artikels