Deze inhoud is enkel voor abonnees. Je kan dit artikel lezen door hier in te loggen.
Heb je nog geen account en wil je je graag abonneren op Fruit? Ontdek hier de mogelijkheden.
Deskundig PWARO-advies
-
pcfruit vzw
In 2022 gaven pcfruit vzw en de Bodemkundige Dienst van België opnieuw deskundige irrigatie- en fertigatiebegeleiding onder de naam ‘PWARO’. Door beredeneerd en gereguleerd water en voeding te geven aan de gewassen, zorgen telers voor een optimale, kwalitatieve fruitproductie. Dat wordt steeds belangrijker in het huidige klimaat, met langdurige droge periodes en hoge temperaturen tijdens het groeiseizoen.
----------------------------------
Deze inhoud is enkel voor abonnees.
Je kan dit artikel lezen door hier in te loggen.
Heb je nog geen account en wil je je graag abonneren op Fruit? Ontdek hier de mogelijkheden.
Uit cijfers van het KMI blijkt dat onze lentes de laatste 30 jaar significant droger zijn, dat zagen we ook deze lente opnieuw heel duidelijk. Maart was warm en extreem droog (amper 2 mm neerslag in Ukkel) waardoor de bloei van de peren al rond 10 april startte. Ook april was erg droog met op veel plaatsen amper 22 mm neerslag. De eerste helft van mei was zeer droog en warm. Dat leidde tot droogtestress bij de peren. Het is een cruciale periode voor de perenteelt, want in die maanden start de bloei en gebeurt de celdeling.
Sober beginnen
We kunnen daarom niet genoeg benadrukken hoe belangrijk het is dat de peren op dat moment voldoende water ter beschikking hebben voor een optimale productie. Je houdt de vochtspanning (een maat voor de kracht waarmee de bodem water vasthoudt) tijdens die periode best natter dan 30 kPa. Perentelers kregen daarom massaal het advies om
de irrigatie eind april al op te starten.
Omdat de perenbomen in het voorjaar nog niet maximaal verdampen, volstaat vaak een opstartdosis van rond een halfuurtje per dag. Half mei was het nog steeds droog en stegen de temperaturen al naar 23°C. Dat deed de gewasverdamping van de perenbomen al stijgen naar zo’n 3 mm per dag, waardoor we telers adviseerden om de irrigatiedosis op te krikken naar één à anderhalf uur per dag. Eind mei, begin juni kwamen de bodemvochtgehaltes terug op peil
dankzij de regenval.
Met de kraan open
Tijdens de maanden juni en juli vindt de scheutgroei bij peer plaats. Lichte droogtestress tijdens de scheutgroei veroorzaakt geen opbrengstverlies. De vochtspanning mag je gerust laten oplopen tot 70 kPa. Dankzij de neerslag in juni konden telers met een gerust hart de bedruppeling stilleggen.
Juli werd op zijn beurt extreem droog en warm met amper 5 mm neerslag in Ukkel. Bijgevolg steeg de gewasverdamping van de perenbomen naar zo’n 4 à 5 mm per dag. Door het droge en warme weer en de start van de vruchtdikking die periode, moesten telers de kranen terug volledig opendraaien, want het is cruciaal om tijdens de vruchtdikking voldoende vochtigheid te voorzien (± 30 kPa).
Model in de praktijk
Dankzij een berekening met een bodemwaterbalansmodel kan je dag na dag de irrigatiebehoefte van je boomgaarden in kaart brengen. Een teler met zandleembodempercelen in Tielt-Winge volgde het irrigatieadvies dat we wekelijks voor hem opstelden op basis van dat model. De kracht van het advies ligt in praktijktest, want alle drie weken komt een staalnemer van de Bodemkundige Dienst van België langs op het perceel voor
een grondstaal.
Het model houdt ook rekening met de vochtretentiecurve van het perceel. Die geeft aan hoe de bodem het water vasthoudt en bij welk bodemvochtgehalte het water gemakkelijk beschikbaar is voor de bodem. Een zandleembodem houdt namelijk minder vocht vast dan een leembodem.
Een concreet voorbeeld
Op volgende bodemvochtbalans (Figuur 1) kunnen we duidelijk aflezen dat het bodemvochtgehalte in april al flink onder de interventiedrempel van 30 kPa gezakt was. Daardoor kon de teler de bedruppeling doordacht en efficiënt opstarten.
Het vochtstaal van 11 mei lag rond de 60 kPa. Daarom werd de irrigatiedosis verhoogd naar anderhalf uur per dag. Tussen 19 mei en 8 juni viel er 76 mm neerslag op het perceel. Dat deed het bodemvochtgehalte stijgen tot veldcapaciteit (het maximale bodemvochtgehalte dat de bodem kan vasthouden, ±10 kPa). We stopten de bedruppeling begin juni. Tussen 19 en 30 juni viel opnieuw 44 mm neerslag. Dat stabiliseerde het bodemvochtgehalte tijdens
de scheutgroei.
O.w.v. de droge en warme julimaand startten we de bedruppeling terug op aan een dosis van 2u per dag vanaf begin juli. De vochtspanning kon zo terug stijgen tot 30 kPa bij de staalname begin augustus. Dat toegediende vocht was nodig voor een goede vruchtdikking. In de volledige boomgaard werd van eind april t.e.m. 10 augustus ongeveer 130 mm bedruppeld.
